Ieder van ons is opgegroeid met bepaalde regels. Regels die je mee hebt gekregen omdat het in je ouderlijk huis zo werkte, in het dorp waar je woonde of de school waar je naartoe ging. Als kind weet je niet beter. Zo is het gewoon. En ook nu we volwassen zijn laten we ons vaak nog leiden door deze regels, zonder dat we ons hiervan bewust zijn. Ze vormen de basis van ons handelen zonder er echt bij stil te staan.
Zo had ik een paar maanden geleden een aantal coachingssessies met Annemieke. Zij was bij mij gekomen omdat ze thuis en op haar werk tegen haar grenzen aan liep. Annemieke combineert verschillende rollen die ze allemaal met verve vervult. Zo is ze onder andere moeder van twee jonge kinderen die de nodige aandacht vragen en ook orthopedagoog bij een grote onderwijsinstelling. Daar is ze een consciëntieuze werker en geliefde collega omdat ze heel deskundig is op haar vakgebied en altijd wel een oplossing vindt voor een probleem.
En nu was ze dus vastgelopen: het werk was haar te veel geworden, ze had last van rusteloosheid, piekerde veel en sliep slecht. Meer en harder werken bood haar uiteindelijk geen oplossing maar een andere uitweg zag ze niet. Dat ze via haar werkgever bij mij aanklopte voor hulp was voor haar een onwennige stap. Eén van de regels die ze had meegekregen was namelijk dat ze faalde wanneer ze om hulp zou vragen en toe zou geven dat ze iets niet kon. Gelukkig was ze zo moedig geweest om deze regel voor deze ene keer te trotseren!
Gedurende het traject kreeg Annemieke steeds meer zicht op de ‘regels’ waarin zij geloofde en haar ervan weerhielden om de dingen anders te doen. Zo had zij het hardnekkige idee dat ze haar werk precies zo moest doen als haar collega-othopedagogen, dat was immers haar rol. Haar onbewuste regel was: Wanneer je binnen de lijntjes kleurt doe je het goed, als je erbuiten kleurt doe je het fout. En deze regel zat haar danig in de weg, want regelmatig had ze er behoefte aan om dingen anders aan te pakken. Haar ‘regel’ gebood haar dan echter om hier eerst afspraken over te maken met haar vakgenoten om ervoor te zorgen dat ze allemaal op dezelfde manier zouden blijven werken en zij niet buiten de lijntjes zou kleuren. En zo creëerde ze voor zichzelf heel wat extra werk.
Toen ze zich bewust werd van deze regel realiseerde ze zich dat ze zichzelf wel wat meer speelruimte mocht gunnen. Dat ze wel zou mogen experimenteren met een andere manier van werken om zo haar eigen stijl te kunnen ontwikkelen die haar minder energie zou kosten en haar meer plezier zou geven. Maar ja, dan zou ze wel haar onderliggende angst om ‘het niet goed te doen’ moeten leren verdragen. Tot nu toe had deze angst haar er immers van weerhouden de dingen anders te doen en deze angst zou ook steeds weer kunnen opkomen zodra ze wilde gaan experimenteren.
Tijdens een aantal sessies heeft ze daarom geoefend om deze angst aandacht te geven en te erkennen in plaats van ervoor weg te lopen. En zo kon ze gaandeweg nieuwe stappen zetten op de weg van haar eigen stijl van werken. Niet zonder maar mét de angst het niet goed te doen. Met Annemieke gaat het inmiddels een stuk beter. Ze gaat haar eigen weg en is zich terdege bewust dat dit niet zonder vallen en opstaan zal verlopen. Ze mag van zichzelf volop blijven experimenteren met het zetten van nieuwe, spannende stappen.
In welke regels geloof jij eigenlijk? En welke regels weerhouden jou ervan om je eigen weg te gaan?
Dit is waarschijnlijk een paradoxale vraag want je kent ze juist niet omdat ze voor jou nou net zo vanzelfsprekend zijn. Om daar zicht op te krijgen heb je wellicht een verrassende vraag of open blik van een ander nodig. Iemand die je een ander perspectief kan bieden. Iemand zoals ik.
Je bent daarom van harte uitgenodigd voor een kennismaking. Uiteraard geheel vrijblijvend, omdat ik weet hoe spannend het is zo’n stap te wagen.